Druk

image

In India is het altijd druk. Ze zijn nooit met te weinig; altijd met meer dan genoeg. Maar wat wij op 1 januari meemaken in Delhi, is drukte van een heel andere orde.

We zijn intussen met vier. Voor Matthias en Astrid is het allemaal nog heel nieuw, maar ze doen dat geweldig goed. Geboren reizigers! Maar een tripje naar India is niet compleet zonder een moeilijk momentje, en voor Astrid kwam dit dus op nieuwjaarsdag in New Delhi.

Na een vermoeiend dagje New Delhi willen we rond 16u30 gewoon terug naar ons hotel. Moeilijk kan dat niet zijn maar het gaat niet. Echt niet! Het verkeer staat muurvast. Rondom ons zien we één grote kolkende mensenzee. Het is veel te ver om te wandelen, er zijn geen vrije taxi’s of tuktuks en wanneer we er toch één vinden, geraakt die niet vooruit.

image

image
Uit de krant van de volgende ochtend

Uiteindelijk geraken we aan een metrostation maar daar kunnen we niet naar binnen. En als we konden, we zouden niet durven. We zien honderden mensen wringen op één betonnen trap; apocalyptische taferelen. Het lijkt levensgevaarlijk. Dus wandelen we maar naar het volgende station, in de hoop dat het daar beter is. We geraken inderdaad binnen maar op de perrons heerst de waanzin. De treinen zijn al lang vol en toch proberen mensen er nog op te kruipen. De deuren kunnen niet dicht, en dus kan de trein niet vertrekken. Kortom, totale verstopping. Wij banen ons een weg terug naar buiten. Het is intussen al lang donker maar op straat is het nog altijd pokkedruk.

image
Hier konden we wel in het station, maar niet op de trein

Dit is ook écht geen fijne regio om op straat te staan. We zien enkel ommuurde woonwijken en grote overheidsgebouwen, allemaal afgezet met prikkeldraad.

image
Er zijn zelfs al cameraploegen ter plaatse om de waanzin op het nieuws te brengen

We zien geen enkele uitweg meer. Astrid crasht. Daar zijn de traantjes. Matthias en ik kunnen niks goed meer zeggen. Enkel Eva dringt nog door. We zetten ons twee minuten op de grond en maken een nieuw plan: we gaan gewoon lopen op compas richting hotel, en we zien wel.

Dan stoten we plotseling op een toilet. Eindelijk! Nog eens tien minuten later zien we sfeervolle lichtjes tussen de bomen: een poepsjiek hotel met piccolo’s, fonteinen en een witte Rolls Royce voor de deur! We wandelen naar binnen alsof we er thuis zijn en ploffen ons in het pluche van de lobby, niet van plan om weer recht te staan voordat onze batterijtjes zijn opgeladen.

image
Een vat vol emoties

Een uurtje later wagen we ons opnieuw in het verkeer. Er is nog altijd geen tuktuk-chauffeur te vinden die ons wil vervoeren: “Rush hour! Not possible” maar ondertussen is dat spitsuur dus wel al vier uur bezig. We gaan dan maar op zoek naar avondeten en wanneer we nog eens een uur later opnieuw proberen, is alles kalm in de metro. Alsof er nooit iets speciaals gebeurd was.

image

Het is 22u eer we in ons hotel zijn, totaal afgepeigerd. Astrid heeft het overleefd en Matthias vond het oprecht een absolute topdag. Ze hebben hun India-diploma verdiend!

W

Advertentie
Druk

Kurukshetra

Wij bevinden ons nu al drie dagen in een grote dierentuin, aan de verkeerde kant van het hek. Of zo voelt het toch. Van ’s ochtends tot ’s avonds worden wij aangegaapt, nagereoepen en achternagelopen. Het gaat er los over. Kurukshetra is de eerste (relatief) kleine stad op onze route en het mag duidelijk zijn dat hier vrijwel nooit blanke mensen komen.

image

image
helemaal alleen in een oude tempel

Dat heeft als voordeel dat hier geen “friends” rondlopen en als nadeel dat veel te veel mensen oprecht vriendjes willen worden. Wat uiteraard fantastisch is als je met elkaar kan praten en van elkaar kan leren, maar helaas… In Kurukshetra hebben we drie soorten oprecht vriendelijke mensen leren kennen:

1. De bewonderaars: ze giechelen als je voorbijkomt gelopen en zetten de achtervolging in. De stoerste komt vragen voor “one pic please!” Als je toegeeft, willen ze allemaal op de foto en binnen de kortste keren heb je een volkstoeloop. Enkel op je hotelkamer kan je hier aan ontsnappen. Je kan dan de jetsetter uithangen en roomservice bestellen, maar de jongen die dit brengt wil natuurlijk ook een pic! Dit kan je niet weigeren, maar vanaf dan ben je zijn vriend dus een uur later staat hij weer aan je deur te zweten en te bazelen in Hindi. Je verstaat er niks van dus je kan niet anders dan de deur in zijn gezicht dichtgooien.

image
Een troepje bewonderaars zet ons klem wanneer we foto's willen maken bij dit tafereeltje

2. De stoefers: ze spreken je heel vriendelijk aan en willen je trakteren op thee. Ze vertellen over hun bloeiende zaak in kinderfietsjes, over hun succesvolle dochters, hun wondermooie vrouw en hun jongste zoon, ster van het cricketteam. Dan moet je oppassen want ze zullen je uitnodigen in het sjiekste restaurant van de stad, dat ze duidelijk niet kunnen betalen, maar zij denken dat het zo hoort. Je zal de echtgenote vriendelijk de hand schudden en volhangen met talkpoeder. En uiteindelijk leidt alles toch weer tot de onvermijdelijke fotosessie, het hoogtepunt van de avond.

image
Bij Mr. Anil in zijn kinderfietswinkeltje. De winkeltjes links en rechts verkopen toevallig ook exclusief kinderfietsjes, maar die van Anil zijn "better quality"

3. De blije Indiërs: ze doen zich niet anders voor dan ze zijn en geven je geen VIP-behandeling. Deze mensen zijn oprecht blij dat jij hun stad bezoekt. Het kan een apotheker zijn die zijn medicatie verkoopt aan halve prijs “because we want to welcome you in India” of een schoolmeisje dat komt vragen of ze een beetje Frans mag spreken met Eva, om te oefenen voor school. Of een koppeltje dat een winkeltje uitbaat en de vrouw vraagt of je niet even gaat zitten. Dan hoor je het geweldige verhaal van hun “love-marriage” en dat zij elke ochtend een radioprogramma presenteert. Ze hebben twee kleine meisjes en haar man overweegt om zich te laten dopen; ja hij meent dat serieus. En in het weekend is hij DJ, kijk hij heeft de tattoos om het te bewijzen. Dan vertellen wij over de films die we al kennen, wat zij uiteraard hilarisch vinden, en toevallig want we hebben dezelfde smaak. Dus uiteindelijk vertrekken we met een lijstje films die we zeker nog moeten uitchecken.

Om maar te zeggen dat reizen helemaal anders wordt wanneer je de Lonely Planet-route links laat liggen.

Trouwens, dat er in Kurukshetra geen westerlingen komen, is niet omdat er niks te zien is. De stad is van groot belang in de Hindoe-mythologie. De Brahma Sarovar zou de grootste kunstmatige vijver ter wereld zijn. Het is een magische plek.

image

image
We zien aalscholvers, allerlei reigers en zelfs ijsvogels. Het is bijna een vogelreservaat met pelgrims.

image

image
Het is hier zo enorm. Onmogelijk vast te leggen op foto.

En de Sheikh Chilli Tomb is een prachtig gebouw uit de tijd van de Moghuls. Ongetwijfeld minder indrukwekkend dan de Taj Mahal maar we hebben het zowat voor ons alleen en dat geeft natuurlijk iets extra!

image
Eva in de mist
image
Eva bij een prachtig jali-scherm. Uit massieve marmer gehakt.
image
Alle tijd om te wachten op beter weer
image
Zicht vanop de lagergelegen binnenkoer.

Ik schrijf dit op de trein terug naar Delhi. Dat gaat weer iets helemaal anders worden!

W

Kurukshetra

Hillstation Shimla (en loopwedstrijd Eva)

Opnieuw een hele dag onderweg. Wachten, beetje lezen of schrijven, en af en toe een gezellige babbel met de mensen. Zalig!

image

image
Eva vindt het ook geweldig, tenmiste als ze voldoende beenruimte heeft

Om in Shimla te geraken moeten we overstappen op een klein speelgoedtreintje. Zes uur lang kronkelt het omhoog via bruggen en tunnels. De stations onderweg lijken ook zo uit de modelbouwcataloog te komen. Het treintje zit vol Indische toeristen. Ook voor hen is deze “toy train” een attractie op zich.

image

image

Shimla ligt op een hoogte van meer dan 2.000 meter. Het was de oude zomerhoofdstad van Brits India.  De koloniale grandeur is nog niet helemaal verdwenen en vandaag is dit een populaire vakantiebestemming. Tenminste voor Indiërs, die deze plek in alle ernst vergelijken met Zwitserland. Wij zien al vlug meer dan zeven verschillen, maar het is inderdaad charmant en het zicht op de besneeuwde pieken van de Himalaya – in de verte – is indrukwekkend.

image

image
Het mag duidelijk zijn dat de Brexit hier allang geregeld is

De Britten hebben hier een charmante kerk gebouwd maar hogerop tussen de bomen valt toch (alweer!) de beeltenis op van Hanuman, de apengod. Het is de belangrijkste tempel in de streek, wat toepasselijk is want de apen zijn hier eigenlijk baas. Ze zijn altijd in de buurt, pikken alles wat blinkt – er springt er één op mijn kop voor mijn zonnebril – en ze durven zelfs vechten als ze eten zien. Entertainende maar ook venijnige beesten!

image

image

image

Eigenlijk zijn we naar hier gekomen voor de Shimla Marathon. Al zouden ze het eigenlijk de halve marathon moeten noemen want het is maar 21km, zij het op een bijzonder lastig terrein (steil!)

De dag voor de race kunnen we het borstnummer met de chip ophalen in een hotel in het stadscentrum. We hebben er zin in. De rest van de dag is het beentjes omhoog op de hotelkamer. Ik heb een paar Bollywood dvd’s met ondertitels gevonden en de man aan de receptie wil wel een dvdspeler voor ons regelen. Heerlijk namiddagje (voorsmaakje voor de liefhebbers: Eva’s favoriete liedje uit Airlift)

image

Op “race day” moeten we ons aanmelden om 6u30, met de start voorzien om 7u. Het is nog pikdonker. We hebben alle tijd om de concurrentie uit te checken. De opwarming wordt zéér ernstig genomen. Ik ben onder de indruk. We kunnen een tiental meisjes spotten, waaronder 4 met het rood nummer van Eva’s afstand. In het midden van mijn laatste tactische briefing verdwijnt Eva nog 2 keer achter een muurke voor een laatste plasje. En dan nog een allerlaatste, want het kan er maar uit zijn.

Het is al lang 7 uur maar de start laat op zich wachten. Er gebeurt wel vanalles op het podium maar niks nuttigs. Gewoon dankwoordjes, peptalk, kreetjes en samenzang. Tot een kerel met tulband de microfoon neemt en iets zegt als “wij staan hier al een uur ons kloten af te vriezen! Is het misschien goed geweest ja?!” De presentatrice is zichtbaar gechoqueerd maar de man heeft natuurlijk een punt.

De start verloopt in lichte wanorde maar Eva is goed weg. Ze houdt zich een beetje in, geheel volgens mijn instructies.

image

Ik begin aan een deugddoende ochtendwandeling. Volgens het plannetje op internet kan ik Eva op drie punten voorbij zien komen, maar ik heb al snel in de gaten dat het parcours op het laatste moment helemaal is omgegooid. Daar sta ik dan met mijn peptalk en mijn banaantje, dat ik nog bijna kwijt ben aan zo’n agressieve aap.

image

Een lang verhaal kort: uiteindelijk kom ik Eva toch nog tegen na 15km, ze moet geen banaan hebben en ook geen water, heeft mijn tactisch plan volstrekt genegeerd maar komt niettemin feestelijk binnen als eerste vrouw na precies 1u59 uur, ruim een halfuur voor de eerste concurrente. De Strava-app geeft 1150 hoogtemeters aan.

image

De finishersmedaille is prachtig, Eva heeft zich geweldig geamuseerd, niet geblesseerd (!) en van de organisatie krijgt ze nog een zakje met gratis “refreshments”, oa een hardgekookt ei en een banaan, maar die wordt meteen gepikt wordt door een aap (echt waar!)

image

W

Hillstation Shimla (en loopwedstrijd Eva)

Chandigarh

Een treinreis van zes uur brengt ons van Delhi naar Chandigarh, hoofdstad van Haryana en de Punjab. Wat een bijzondere plek! Dit lijkt in niets op wat je zou verwachten van een Indische metropool met 2 miljoen inwoners.

image
Eva test de openbare fitness met een koddig kereltje

Chandigarh is een voor 100% geplande stad. In de jaren’50 mocht de wereldberoemde architect en urbanist Le Corbusier zich helemaal uitleven. Chandigarh zou zijn allergrootste project worden. Hij tekende het volledige stadsplan, inclusief grote parken en zelfs een artificieel meer. Daarnaast ontwierp hij ook de belangrijkste overheidsgebouwen. Het resultaat is verbluffend.

image
Het hooggerechtshof. De enorme waterpartij staat droog. Dat is standaard: in India kunnen ze geen fonteinen bouwen.
image
Het open-hand-monument van Le Corbusier. Eva is het roze stipje.

image

De hele stad is onderverdeeld in een 50-tal rechthoekige sectoren. Wij hebben een hotel gevonden in sector 8c. Tussen de sectoren loopt een raster van drukke wegen maar binnen elke sector is het heerlijk rustig, met kleine parkjes en langwerpige groene wandelzones. Het is een geniaal systeem.

image

We vragen ons wel af of de architect van toen nu nog tevreden zou zijn. Veel schitterende architectuur wordt ontsierd door honderden airco’s en overal zijn sporen van betonrot. Niettemin, we kunnen Chandigarh aanraden als topbestemming voor een citytrip met het hele gezin.

Eigenlijk hebben we maar één zorg: in India is “geweld tegen vrouwen” een heet maatschappelijk hangijzer en nergens is dat meer zichtbaar dan hier. Er hangen preventieposters, de politie organiseert cursussen zelfverdediging voor vrouwen en elke dag staat er wel iets in de krant over een (mislukte) aanranding of een rechtszaak tegen een molesteerder. En dat net nu Eva nog wat zou moeten trainen voor haar aankomende loopwedstrijd (en ik haar niet kan volgen).

Uiteindelijk vinden we een prachtig joggingpad naast het meer.  Het wordt druk gebruikt, ook al zien we niet meteen meisjes in hun eentje. Er is ook een kleine politiepost. Ik loop binnen en vraag of mijn vrouw, “who’s an amazing athlete from Belgium” het pad met een gerust hart alleen kan aflopen. “Jazeker meneer, geen zorgen!”

image

En dus heeft mijn topatlete geen enkel excuus om niet te schitteren binnen enkele dagen.

Maar daarover binnenkort meer!

W

Chandigarh

Hanuman

Het zou zeker en vast oneerbiedig zijn, maar stel nu dat je een “ranking” zou willen maken van alle wereldgodsdiensten van vandaag? Welke heeft er dan de coolste uitstraling? Ik durf beweren dat het hindoeïsme er met kop en schouders bovenuit steekt.

Ten bewijze hieronder enkele foto’s van de Hanuman-tempel in Delhi.

image

Het standbeeld is 34 meter hoog. Bezoekers laten hun schoenen achter op de stoep en gaan dan naar binnen tussen de benen van de apengod, door de opengesperde muil van nog een reuzenaap (met neusring!).

image

Het hoort niet om binnen in een tempel foto’s te trekken, dus je moet me maar geloven als ik zeg dat het allemaal een groot spookhuisgehalte heeft.

Tegelijk is het een heel serieuze aangelegenheid. De mensen komen echt wel naar hier om te bidden. Traditioneel kan je bij Hanuman terecht in moeilijke tijden, wanneer je inspiratie zoekt om lastige uitdagingen te tackelen. De god met de apenkop is immers vindingrijk en weet van aanpakken.

In een epische veldslag tussen de goden raakt Hanumans strijdmakker Lakshmana zwaar gewond. Hanuman wordt op missie gestuurd naar de Himalaya om een geneeskrachtig kruid te zoeken dat zo zeldzaam is dat het maar op één berg kan groeien. Hanuman vindt wel de juiste berg maar hij twijfelt over welk plantje het juiste is, en dus vindt hij er niet beter op dan de hele berg los te rukken en mee te nemen. Dan kan de dokter plukken wat hij nodig heeft. Juist, vandaag heet zoiets “out-of-the-box-denken”.

image
Dit is gewoon een prentje van het internet maar deze taferelen worden dus ook allemaal uitgebeeld in de tempel

Ons bezoek aan de Hanuman-tempel is opnieuw een typisch Indische ervaring. In de grootste ruimte wordt een klein kampvuur gestookt, gewoon in het midden van de vloer. Een paar priesters declameren allerlei mantra’s en gezangen zonder dat ze zichzelf kunnen verstaan. Dat komt omdat enkele meters verder werkmannen bezig zijn een oud altaar af te breken. Gek genoeg hebben ze daarvoor een elektrische boorhamer in plaats van het gebruikelijke ouderwetse pikhouweel, wat dus mottig veel lawaai maakt.

Nog wat dieper in de catacomben komen we in het kamertje van Lakshmi, godin van rijkdom en geluk. De priester staat er op om ons te zegenen. Hij legt onze handen op elkaar en er volgt een heel ritueel met veel monotoon gebrabbel. Dat wordt al vlug vervelend omdat we doorlopend gegeseld worden met een pauwenveer. Af en toe pauzeert de man voor een vraag: hoelang we al getrouwd zijn, of we een zoon hebben, hoe oud hij is,…  Ik lieg dat het niet mooi is, gewoon om er vanaf te zijn. Wanneer we eindelijk genoeg gezegend zijn, horen we dat de “very special peacock ceremony for couples” maar 100 roepies kost. Dat hadden we natuurlijk moeten zien aankomen. In de offerschaaltjes zie ik enkel briefjes van 10 liggen, dus dat is precies wat hij kan krijgen.

We voelen een klein hongerke. Tijd voor een tienuurtje. We zien een karretje met veel succes; dat kan niet slecht zijn.

image
Wij durven er van eten als het niet rauw is en snel verkoopt. Is ons nog nooit slecht bekomen.
image
Het ziet er niet uit maar het is heerlijk, en het kost amper 50 eurocent voor ons beide

In India zijn er dus mensen die de kost verdienen met oude kranten te versnijden tot servetjes. Ze maken er ook papieren zakjes van. Dat zijn hier producten die kunnen concurreren met servetten en zakjes uit het papierfabriek; is dat niet ongelooflijk?

Veel kranten zijn hier trouwens in het Engels en wij vinden dat de max. Toevallig las ik vandaag nog een artikel over de apentempel. Blijkbaar is dat een illegaal bouwsel, net als de scooter showroom ernaast. Die tempelmannen en die scooterdealer hebben alle nodige vergunningen gekregen om te bouwen op openbaar domein. Terrein dat geen bouwgrond was! Straffer nog: grond die niet eens van hun was! En nu is er dus een onderzoeksrechter aangesteld die moet uitzoeken welke overijverige ambtenaren dat geregeld hebben.

Wat is dat hier eigenlijk voor land hè?

W

Hanuman

Hey friend!

In steden als Delhi is het nooit goed nieuws als iemand je aanspreekt. Maar dus echt nooit! Altijd moeten ze je geld hebben. Vaak zijn het gewoon verkopers, maar er zitten er ook tussen die je “friend” noemen. Dat zijn de ergste.

Het strafste voorbeeld van georganiseerde oplichterij maakten wij mee rond het New Delhi Railway Station. Het telt iets van een 16 sporen, die de stad eigenlijk in twee snijden. Dat is dus best lastig om over te steken, en zeker in het donker als je er nog nooit geweest bent. Helaas: net als de meeste toeristen arriveerden wij met de metro (vanuit de luchthaven) aan de oostkant van al die sporen. Terwijl alle hotels aan de westkant liggen… Niks aan te doen.

Eens uit die metro begonnen wij gewoon te stappen – standaard procedure – alsof we hier al 100 keer geweest waren, maar we waren duidelijk loslopend wild. Men vertelde ons dat we het station niet binnen mochten zonder treinticket, dat de brug over de sporen elke avond dicht ging om 20u, dat we een speciale permit nodig hadden om toch door die wijk te mogen, want het was er gevaarlijk met al die moslims, en ze gingen aan mijn vrouw zitten. En die permit moesten we ginder halen, en die was gratis, maar je moest wel nog een stempel hebben en nee, die was niet gratis, …  Allemaal verschillende vriendelijke mannetjes met hetzelfde verzonnen verhaaltje, dat wij gelukkig niet geloofden.

We hadden onze rugzakken al op de lopende band van zo’n scanner liggen, wanneer nog altijd een “controleur” kwam proberen om ons terug te sturen. Toen hebben we toch even getwijfeld, want de veiligheidsagent achter die scanner moést wel een echte zijn, en die zat daar gewoon op te kijken terwijl wij hier gerold werden?! Ja dus! Ofwel kan het hun niet schelen, ofwel krijgen ze ook een percentje van een percentje. Het gaat er los over.

image
Eva bij ons eerste hotel in Delhi. Zulke felle neons voorspellen meestal weinig goeds, maar het viel nog mee!

Er zijn straten in Delhi waar we geen tien seconden kunnen blijven stilstaan of ik – nooit Eva! – heb een nieuwe vriend gemaakt. Er zit dan echt maar één ding op: ergens naartoe gaan waar die mannen niet rondlopen. Al een geluk dat deze stad zo groot is!

W

Hey friend!

Terug in India!

Dag allemaal!

Jawel, Werner en Eva zijn weer op reis! Een goeie gelegenheid om de oude blog te reanimeren, vonden wij, zelfs al is het maar voor vier weken.

Want we zijn dus terug in India, volgens ons nog altijd het meest intense land ter wereld! Spanning, verbazing en sensatie zijn hier eigenlijk gegarandeerd. De enige uitdaging is om het uitgelegd te krijgen aan wie er niet bij was. Benieuwd of ons dat nog gaat lukken….

image
Ja de belachelijke hoed is er ook weer bij. Niks aan te doen. Let liever op die coole tulband!

Tot heel snel!

W Lees verder “Terug in India!”

Terug in India!

Laatste uitspatting

In Hobart bereid ik me een laatste keer voor op een kleine expeditie in de Tasmaanse wildernis. Ik heb er zin in, maar ik ben ook een beetje nerveus. Het is namelijk winter in Tasmanië. In het slechtste geval kom ik negen dagen lang geen levende ziel tegen en moet ik het in m’n eentje opnemen tegen kou, wind, regen en sneeuw.

image

Ik maak mezelf wijs dat het allemaal wel zal meevallen maar diep in mij zit intussen ook een volwassen kerel en die zegt: “hang nu niet de Rambo uit en huur tenminste zo’n PLB!” Een Personal Locator Beacon is een klein doosje met een straffe antenne. Ik mag het enkel activeren “in onmiddellijk levensbedreigende situaties”, bijvoorbeeld als ik met een openbeenbreuk in een greppel lig te onderkoelen. Dat is toch een geruststelling.

image
Winderige hoogvlakte voorbij Marion's Lookout
image
Zelfs modder kan mooi zijn!

In mijn rugzak zit dus eten en brandstof voor negen dagen, een warme slaapzak en één set droge kleren, alles extra ingepakt in plastic vuilniszakken. Vooral dat eten weegt serieus door. Niettemin denkt Eva dat ik veel te weinig mee heb. Ze zal gelijk krijgen. Ik heb inderdaad meer energie nodig dan ik dacht, alleen nog maar om warm te blijven. Dus op het einde van dag drie hou ik een oefening in rantsoeneren en verdeel ik alles over zes gelijke stapeltjes. Tegen dan is het al lang duidelijk dat ik met een crashdieet bezig ben. Ik kan het iedereen aanraden: nooit gedacht dat instant noodles en poedersoepjes zo lekker konden zijn!

image
Vijfgangen diner
image
Du Cane Hut

Dus af en toe heb ik een beetje honger. Ik laat het niet aan m’n hart komen want deze ervaring is magisch. ’s Ochtends vertrek ik van zodra het licht is en dan kom ik van heel de dag niemand tegen. De dagen zijn kort en de zon komt amper boven de horizon. Ik moet dus opschieten maar dat gaat vanzelf want mijn voeten zijn altijd nat, dus stilstaan is gelijk aan kou lijden. Ik neem zelfs geen tijd voor een lunchpauze: gewoon twee mueslibars uit het vuistje en blijven gaan.

image
Eucalyptusbos met een streepje zon
image
Tasmanië, dat zijn pinguïns in de zomer en papegaaien in de winter. Geen vragen bij stellen.

De rangers hebben verspreid over het nationaal park een tiental landingspads voor helikopters gebouwd en daartussen paden gemarkeerd. Bij elke landingsplaats hoort een vrij behoorlijke schuilhut met een gas- of kolenkachel. Allemaal bijzonder goed geregeld! Doorgaans komen er in de loop van de namiddag nog één of twee mannen binnengevallen. Het is steeds weer uitkijken naar het gezelschap: steevast rasechte “bushwalkers” met speciale humor en grappige verhaaltjes.

image
Helipad bij Kia Ora
image
De sinistere Acropolys
image
Zicht vanaf Acropolys

Ik weet nu dat er verschillende types van “gear nerds” bestaan. De grappigste is ongetwijfeld de “ultralighter”, die het handvat van zijn tandenborstel zaagt om gewicht te besparen. Maar ik leer ook dat er outdoor-merken zijn die garanderen dat hun expeditietent 400 nachten meegaat en dat er mannen zijn die dat testen. Kerels als de geweldige Marcus vertegenwoordigen het andere uiterste: voor elke avond heeft hij een wortel, een ajuin en een teentje knoflook (“fresh veggies”) en hij zweert bij zijn regenjas van twintig dollar. Al moet ik natuurlijk niet doen alsof ikzelf dan de normale ben.

image
Kia Ora Hut, met een grijnzende Marcus achter zijn fluo regenjas.

Trouwens, Marcus heeft gelijk met zijn goedkope regenjas. Na vier dagen ben ik vast van plan om Goretex een proces aan te doen. Nog drie dagen later heb ik er vrede mee dat waterdichte kledij gewoon niet bestaat. Ik sop vrolijk verder door het regenwoud, dat zijn naam alle eer aan doet.

image

image
Hier heeft een boom nog de functie om gewoon om te vallen
image
De Labyrinth-hoogvlakte

image

image
Rots close-up

Na negen dagen in de bush zit mijn laatste exploot er weeral op. Koud en nat tot op het been, blij dat ik er vanaf ben maar ook even blij dat ik het gedaan heb. Kijk maar naar de foto’s (simpel cameraatje, geen fotoshop, geen effecten). Ze geven een klein beetje een idee van hoe het voelt om omringd te zijn door niets anders dan rauwe onbarmhartige natuur. Onvergetelijke ervaring!

W

Laatste uitspatting

Herenigd

“Leven jullie eigenlijk nog?” – Jawel hoor, maar het is inderdaad een tijdje stil geweest op de blog. In de komende dagen halen we dat weer in.

Het was bijzonder om mijn Eva na vier maanden van soloreizen weer in de armen te kunnen sluiten. We hadden afgesproken op de luchthaven van Sydney en van daaruit zijn we vertrokken voor een roadtrip langs de Oostkust van Australië. Het had allemaal een hoog honeymoon-gehalte. Kortom, heel plezant maar niet interessant om over te bloggen 😉

image

Tot heel snel!

W

Herenigd

Waar blijft de klik?

Reizen kan me soms echt een kick geven. Het gebeurt wanneer ik merk dat ik helemaal op mijn gemak ben in een land dat niet zo lang geleden nog volstrekt vreemd was. Een paar voorbeelden:

– Een Siberische trein opstappen en nog voor hij het station uitbolt de norse conductrice al gecharmeerd hebben, en mijn bedje al perfect gedekt volgens de regels van de kunst.
– Een Balinees hurktoilet trotseren zonder toiletpapier of handdouche of niks; gewoon mezelf proper maken met een potje regenwater en de linker hand, alsof ik er geboren ben.
– Een geanimeerde discussie kunnen voeren met een bende Indiërs over wie de beste Bollywood-acteur van het moment is, en dat hij zich toch een beetje belachelijk maakt met zijn yoghurtreclame.

Na alle belevenissen van de voorbije maanden begon ik te geloven dat ik op die manier werkelijk élke plek zou kunnen “veroveren”. Helaas. Intussen weet ik dat het me in Korea niet zal lukken. Ik krijg gewoon geen klik met dit land.

image
De enorme dagelijkse vismarkt van Busan. Mijn persoonlijke hoogtepunt!

image

Het is niet dat ik niet probeer hoor. Misschien zit het me gewoon niet mee. In Seoul deel ik een slaapzaal met Amerikanen en Canadezen. Wanneer we samen uitgaan komen we als vanzelf in de enige Amerikaanse bar van de stad terecht, volgepakt met Amerikanen die compleet uit de bol gaan op Amerikaanse muziek. Ik dan maar in m’n eentje op zoek naar een hippe club voor en door Koreanen. Niet moeilijk om dat te vinden in Seoul maar aan de deur moet ik mijn paspoort tonen en lap: ik mag niet eens binnen. De portier duwt me een exemplaar van het huisreglement onder de neus. Regel 4: geen toegang voor wie geboren is voor 1984… Het gebeurt niet vaak maar nu voel ik me echt oud. 

Volgende poging dan maar: ik heb gehoord dat Koreanen helemaal zot zouden zijn van shoppingmall-achtige welnesscentra. Zelf heb ik het niet zo voor sauna’s en stoombaden maar als dat nu echt een inkijk geeft in de Koreaanse volksaard … waarom niet? En waarom dan niet meteen het grootste en het beste van alle welness-pretparken, het beroemde Spaland in Busan?! Ik zou er vanalles over willen vertellen maar aan de deur zie ik al het paneel met de huisregels: “tattoos en besmettelijke huidziekten niet toegelaten”… Ik voel mij precies niet zo welkom in dit land!

image
The following persons are not allowed...

Het eten dan maar? De eerste dagen probeer ik vooral de goedkope straatkeuken uit. Sommige hapjes zijn lekker maar het is allemaal zo vettig dat een Big Mac op een gezond tussendoortje begint te lijken. Maar aan het eten in de restaurants kan ik echt niet wennen. De traditionele rijstmaaltijd bibimpap kan lekker zijn (in de warme versie!) maar je krijgt er standaard een hele resem aan afschuwelijke bijgerechten bij. Ik krijg rillingen over mijn ruggengraat van de zure Kimchi (gefermenteerde opgelegde kool). Het zeewier en de rauwe octopusarmen hebben niet veel smaak maar het is hard werken, alsof je een condoom moet herkauwen. En dan al die look… Wat moet ik in hemelsnaam aanvangen met 22 rauwe lookteentjes?!

Na tien dagen Korea heb ik de plaatselijke keuken opgegeven; het voelt als een nederlaag maar mijn nieuwe beste vriend heet McDonald’s. Misschien ben ik al te lang op reis?

image
Aan mooie plekjes nochtans geen gebrek. Hier een dorpje nabij Busan.
image
Korea's grootste troef, de meisjes!

En dan leer ik Lucas en Tina kennen, een Vlaams expatkoppel in de scheepsbouw van Busan. Heel erg fijne mensen! Die avond eet ik voor het eerst een absoluut heerlijke Koreaanse BBQ. Het restaurant ziet er volstrekt groezelig uit maar de mensen zijn vriendelijk en Lucas weet wat hij moet vragen. Met de vlakke hand kletst hij zichzelf op z’n nek: varkensnek, dat moet het zijn! En die lappen Kimchi zijn veel te groot, dus mogen wij misschien een schaar alstublieft? Lucas en Tina leren me de complexe etiquette van inschenken en toasten en drinken in de juiste volgorde terwijl de chef reepjes varkensnek bakt onder onze neus. En het vlees is heerlijk, zeker met een beetje van die saus en een klein stukje kimchi en een teentje rauwe look, allemaal in een slablad gevouwen en in één keer het mondje in. Jazeker, dit is een feestmaal.

image
Topavond!

En zo beleef ik nog twee heel gezellige laatste avonden in Korea met Lucas en Tina. We spreken over het leven als expat en de scheepsbouw en de kicks van het reizen in rare landen en natuurlijk ook over Korea. En dan geef ik een beetje beschaamd toe dat ik geen klik heb met dit land, dat ik veel meer passie voel voor India of Mongolië of zelfs Rusland. Tina is niet verbaasd en zegt: “Ja, maar ik zou hier toch ook nooit kinderen willen opvoeden. Als die dan hier naar school moeten en zo… Brrrr, die gaan met allerlei foute ideeën thuiskomen over harde competitie en een overdreven schoonheidsideaal. Nee bedankt!”

Ik kan Tina helemaal volgen. Korea is een fascinerend land, maar misschien wat te koud om er je hart te verliezen.

W

Waar blijft de klik?